10 7 25

 

achternaam

Abswoude

Groenewegen

voornamen

Cornelis

Jannetje

* plaats

 

Kethel

* datum

 

 

X plaats

 

 

X datum

 

 

† plaats

Kethel

 

† datum

< 24-11-1660

< 04-1673

geloof

 

 

beroep

 

 

ouders

Claes Abswoude

Arijen Groenewegen

 

Grietje Ariensdr. van Dijckshoorn

Jannetgen Lenertsdr.

 

KINDEREN

geboren

 

overleden

 

Adriaen

 

 

< 24-05-1697

Kethel

   X  23-03-1676  Maritje Screvelsdr.Verseyde

08-09-1643

Berkel

 

 

Claes

> 1635

 

< 24-02-1687

 

   X  Maritie Claesdr. Langelaen

 

 

 

 

Jannetgen

 

 

 

 

   X Arijen Bleijswijck

 

 

 

 

Leendert

 

 

 

 


Cornelis Abswoude  hertrouwd met Mary Claesdr. Langelaen

KINDEREN

 

 

 

 

Maertgen

 

 

 

 

   X  Dirck Jorisz. Oudshoorn

 

 

 

 



REPERTORIUM OP DE LENEN VAN MATENESSE, 1344-1798
4 morgen land, ‘gemeenre veur ende gemeynder aerde’ met de Heilige Geest te

Schiedam, (1742: de weduwe van Dirk van Noort en Agatha Maria Spiering),

belend ten zuiden: Jan Ysbrantssoen, (1534: de proost van Conincksveld, 1707:

Matheus van den Bosch, 1742: de keursloot), ten noorden: Jan Pieterzoen (1534: St

Anna Convent te Delft, 1707: Maarten van Couwenhove c.s., 1742: de weduwe van

Jacob van der Kemp, Jan Jongste en Dirk Cornelisz. Bijl, 1766: Jacob Koek,

junior), ten oosten: de Schiewegh, (1534: Delfwech, 1725: Groeneweg), ten westen:

‘die oude Harghe’, (1534: ouden Harchweg, 1742: Harrewegh).


..-.-144.: (Adriaen Philips Costijnsdochter, gehuwd met) Jan Wit Laurensz., vermeld op 2012-

1452 (Delftse Statenkloosters, Sint Anna, inv.nr. 7).

1-7-1457: Cornelis Gerritsz., heer Jacob Dircx susterkint, na overdracht door Adriaen Philips

Costynsdochter, gehuwd met Jan Wit Lourysz., A fol. 9.

14-11-1466: Dirck Gerritsz., met toestemming van zijn oudste broeder Claes Gerritsz., na

overlijden van zijn broeder Cornelis Gerritsz., A fol. 10, hij wordt nog als leenman vermeld

op 11-3-1530 (Leenregister Dever, blz. 40).

4-7-1534: Peter Dircksz. te Ketel, na overdracht door Claes Dirck Gerytszoen, onmondig, A

fol. 21.

28-2-1539: Dirck Pietersz. te Ketel, A fol. 22

14-5-1547: Pieter Pietersz., na overdracht door zijn broeder Dirck Pietersz.,
30-3-1565: Pieter Pietersz., na overlijden van zijn vader Pieter Pietersz. en draagt dit leen over aan zijn
moeder, Aefge Cornelisdr., weduwe van Pieter Pietersz., nu gehuwd met Cornelis Jacobsz.
22-4-1581: Pieter Pietersz., na overlijden van zijn moeder Aefge Cornelisdr.,
30-11-1584: Cornelis Pietersz., na overlijden van zijn broeder Pieter Pietersz., en draagt dit over aan zijn
broeder Adriaen Pietersz.
24-7-1630: Cornelis Claeszoen te Ketel, na overdracht door zijn schoonvader Arien Pietersz. Groenewegen te Ketel.
24-11-1660: Claes Cornelisz. van Abswoude, minderjarig, oom: Leendert Dircxz., na overlijden van zijn
vader Cornelis Claesz.
5-12-1687: Cornelis Claesz. Abswoude, minderjarig, oom: Arien Cornelisz. Abswoude.
3-10-1689: Aryaen Cornelisz. Abswoude, na overdracht door Cornelis Claesz. Abswoude
(24-2-1687: Dirck Jorisz. Oudshoorn, weduwnaar van Maertge Cornelisdr. Abswoude, Maritie Claesdr.
Langelaen, weduwe van Claes Cornelisz. Abswoude
, als moeder van haar kinderen, François Pous,
baljuw en schout van Voorschoten, als voogd van deze kinderen, allen wonende te Voorschoten,
machtigen voor notaris Floris van der Werff te Delft, Claes Dircxsz. te Ketel en Jan Willemsz.
Vlaerdingerbroeck te Noord-Ketel, dit leen over te dragen, verkoopsom 1450 carolus-guldens.
Getuigen: Albertus Schoonhave en Abraham van Schie).
24-5-1697: Dirck Ariënsz. Abswoude, oud 19 jaar, voogd: Cornelis Schrevelsz. Verseyde te Berkel, na
overlijden van zijn vader Aryen Cornelisz. Abswoude.
28-4-1702: Maarten Couwenhove, vroedschap te Schiedam, (tesamen met Jacob van der Kemp en
Cornelis Maartensz. Bijl, elk voor 1/3 part), na overdracht door Dirck Ariensz. Abswoude.



Rechterlijkarchief van het Ambacht Kethel en Spaland :
De erfgenamen van Cornelis Claesz. Abswoude en Annetgen Arijensdr. Groenewegen contra
Arij Leendertsz. Ruijgrock wonende deze ambacht. De eisers zeggen dat zij aan de gedaagde hebben
verhuurd hun woning met omtrent 34 morgen 3 hond wei-en hooiland, omschreven in de huurcedulle,
opgemaakt door notaris Abraham van den Vel(den?) te Delft.
De gedaagde heeft de huurcedulle niet ondertekend.